de tent pronkte
de tent lonkte
de tent bonkte
de tent dronk
glugluk
de tent babbelde
de tent kabbelde
de tent lag languit op de grond
de tent was niet stil
sssssst
de tent zoende
de tent tikte (of was het de regen)
de tent danste
de tent herbegon
bies
de tent omarmde
de tent herinnerde
de tent stond stil
de tent zong
(...en neemt bepaalde dingen met zich mee van wat hij achterliet op het land)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten